De aarde is de enige ons bekende planeet waar vuur kan branden. Op andere planeten is niet genoeg zuurstof.
De zuurstoftoevoer beïnvloedt de kleur van de vlammen. Een vuur met weinig zuurstof bevat heel veel niet-verbrande brandstofdeeltjes en heeft een gele gloed, terwijl een vuur met veel zuurstof een blauwe gloed geeft. Kaarsvlammen zijn dus blauw onderaan omdat dat de plaats is waar ze frisse lucht opnemen. Het bovenste deel van de vlam is geel omdat de dampen die van onderaan opstijgen gedeeltelijk het bovenste deel van de vlam verstikken. Omgekeerd geldt: hoe meer zuurstof, hoe heter het vuur. Lucht bestaat uit 21% zuurstof: combineer pure zuurstof met acetyleen, een chemische verwant van methaan, en je krijgt een fakkel met een temperatuur van meer dan 3038 °C. Dat is vermoedelijk het heetste vuur dat je ooit zult tegenkomen. De grote brand van Londen in 1666 verwoestte 80 % van de stad maar maakte ook een eind aan de uitbraak van de builenpest, die het jaar ervoor meer dan 65.000 mensenlevens had geëist. De brand doodde de ratten en vlooien die drager waren van de Yersinia pestis-bacterie, die de plaag veroorzaakt.Feiten over vuur
Vuur is een gebeurtenis, en geen ding. Bij het verwarmen van hout of andere brandstof komen vluchtige dampen vrij die in combinatie met de zuurstof in de lucht snel kunnen verbranden. De resulterende gloeiende gasgloed verhit de brandstof nog meer, waardoor er meer dampen vrijkomen en de cyclus wordt voortgezet.